Er zijn 2 dingen waar men energie kan uitputten: voeding en ademhaling. Elke atleet of begeleider van welk niveau ook zal beamen dat voeding zeer belangrijk is. Spijtig genoeg blijft het daarbij; er wordt zeer weinig met voeding rekening gehouden.
Atleet gekwetst, overtraind of in vele gevallen leeg getraind (het woord leeg zegt het zelf: letterlijk leeg); vele denken dat een bloedanalyse uitsluitsel geeft over het tekortkomen van essentiële voedingstoffen. Dit is echter de waarheid geweld aandoen; bloedanalyse is zeer nuttig maar er zijn er oppervlakkige en meer uitgebreide en de juiste interpretatie van de analyse is zeer belangrijk, want het blijft een momentopname. Voeding moet men vooraleerst op termijn bekijken. Indien men een opbouwend trainingseffect wil krijgen op termijn is het van cruciaal belang dat men in- en output (voeding – verbruik) registreert om te kunnen vaststellen ofdat men wel voldoende brandstof en bouwstoffen binnenkrijgt in verhouding met het verbruik. Dit gegeven is essentieel; hoe kwalitatief men eet naar gezondheid, en andere parameters toe. Wat voeding betreft zijn de volgende stappen te doorlopen; hoe beter het voedselpatroon is afgesteld op de behoefte van de atleet, hoe sterker en vooral gezonder hij wordt. Als men daarbovenop ook nog rekening houdt met het mentale aspect (zie body-mind-energie), dan kan men steeds harder trainen en sneller recupereren wat met zich meebrengt dat u in feite alsmaar sterker wordt. Dit is uiteraard een lange termijn visie die zogezegd niet past in onze hedendaagse cultuur en zeker niet in topsport. Ervaring heeft ons geleerd dat topsporters zeker niet gezonder eten dan recreatieve atleten of gewone mensen. Zij zijn topsporter omdat ze extreem veel talent hebben en omringd zijn door goede coaches en verzorgers, maar voeding hangt er steeds achteraan en het kost enorm veel moeite aan de atleet en de begeleiders om echt tijd te maken voor een diepere analyse en opvolging betreft voedingsgewoonten.
Het falen op dit vlak van atleet en begeleiding heeft te maken met dat voeding wordt omschreven als de laatste comfortzone. Na het harde trainen en het ontzien van andere plezierige levensgewoonten ook nog eens dezelfde discipline gaan toepassen op voeding is zogezegd een brug te ver. Dit is enkel voor de totale atleten weggelegd. De term totale atleet heeft in eerste instantie niets te maken met de best presterende atleet het is een levensfilosofie. Atleten komen dikwijls bij ons met ultra zware trainingsopdrachten en nooit wordt de vraag gesteld door de man die de opdracht geeft of de voeding niet zou moeten aangepast worden. En zo ja: op wat baseert men zich dan als men zich naar een professioneel iemand begeeft die begeleiding moet geven op het vlak van voedingsgewoonten? Als u echt beter wil worden is voedingsregistratie essentieel.